Na twee jaar is er zondag in Vereniging Ons Suriname, in Amsterdam, weer een boekenfeest. “Normaal is het een passende afsluiting van de nationale boekenweek”, vertelt Myra Winter namens de vereniging. “Maar door onvoorziene omstandigheden kon het vorige week geen doorgang vinden.”
Normaal is de naam ook kortweg ‘Boekenfeest’ en is er een zeer divers programma. Nu wordt het evenement in ‘afgeslankte’ vorm gehouden – overdag van drie ’s middags tot zeven uur – onder de naam ‘Boekenfeest Café’. Toch valt er inhoudelijk veel te beleven. Naast het literair café presenteert Galerie Nola Hatterman werken van Robbert Doelwijt (schilderijen) en Dan Ernst (keramiek).
Maar centraal staat de presentatie van de bundel ‘Waarover we niet moeten praten’. Het gaat om 20 nieuwe verhalen van Surinaamse en Antilliaanse schrijfster. Uitgegeven door In de Knipscheer in samenwerking met Ons Suriname. “Het zijn erg mooie verhalen”, vertelt Winter. “Het is nog niet eerder gebeurd dat Antilliaanse en Surinaamse schrijfsters zijn gebundeld.” De auteurs kenmerken zich door een verscheidenheid aan leeftijd en (land van) afkomst. Ook Usha Marhé en Tessa Leuwsha leverden een bijdrage en schreef jazzdiva Denise Jannah het voorwoord.
Aan Hennah Buyne, de nieuwe Amsterdamse Wethouder van Intergratie zal een exemplaar worden uitgereikt. Ook Germaine Princen van stadsdeel Oost-Watergraafsmeer en Anna Petrona, verbonden aan het Amsterdams Patiënten en Consumentenplatform, ontvangen een exemplaar.
Er zullen voordrachten worden gehouden door Karin Amatmoekrim, Orchida Bachnoe, Henna Goudzand Nahar, Joan Leslie, Mala Kishoendajal en Usha Marhé. Hoewel het thema luidt ‘Vrouwen aan het woord’, is de bundel beslist geen verzameling van louter vrouwenpraat. Winter: “Verrassend is dat een aantal schrijfster in hun verhaal ook de standpunt van een jongen of een man verwoordt.”
Eveneens als speciale gast zijn aanwezig Denise Jannah en RTL4-correspondente Nina Jurna met haar nieuwe boek ‘Standplaats Paramaribo’. Fra Fra Sound zorgt voor live muziek. “Waar we vooral over moeten praten is dat dit evenement een traditie wordt binnen de Surinaamse gemeenschap”, zegt Winter.
